Boulimia en de omgeving

Het is niet altijd even makkelijk als iemand waarvan je houdt, boulimia nervosa heeft. Met deze adviezen sta je sterker:

• Lees en laat je informeren. Zorg dat je genoeg weet over boulimia nervosa en de mogelijke gevolgen. Bekijk bij ‘Meer informatie over boulimia’ welke organisaties je informatie kunnen geven.
• Vraag waar je iemand met boulimia nervosa bij kunt helpen en waarbij juist niet. Dwing iemand niet tot een ander eetpatroon. Het helpt niet en het maakt de afstand eerder groter dan kleiner.
• Vat uitspraken niet te persoonlijk op. Boulimia kan negatief gedrag en ruzie veroorzaken. Realiseer je dat dit gedrag voortkomt uit de stoornis. Probeer begrip te tonen: de oorzaak is psychisch.
• Bespreek waar je grenzen liggen. Ook al heeft iemand boulimia, dat betekent niet dat je alles hoeft te accepteren.
• Gebruik je energie om actief om te gaan met de situatie. Volg bijvoorbeeld samen een cursus over boulimia.
• Denk aan jezelf. Doe dingen die je plezier en ontspanning geven. Het leven met boulimia is vaak al moeilijk genoeg.
• Houd contact met de buitenwereld. Lucht af en toe eens je hart. Ook (juist) met mensen buiten je gezin.
• Zoek lotgenoten. Contact met mensen die in een zelfde soort positie zitten, kan fijn zijn. Bijvoorbeeld via Weet, vereniging rond eetstoornissen, of via Naasten Centraal.
• Professionals kunnen overleggen en terecht met vragen bij K-EETi: de collegiale, telefonische advieslijn voor zorg- en jeugdhulpprofessionals. De experts bij K-EETi zijn zelf zorgprofessionals en hebben ruime ervaring en expertise in de zorg voor kinderen en jongeren met een eetstoornis.